nacht aanwezig zijn, omdat er minimale zorg is van verplegend personeel. Ze slapen op een matje op de grond naast het kinderbedje. Het is niet erg schoon of hygiënisch, vaak zie ik de kakkerlakken tegen de muur omhoog kruipen. Oftewel: geen fijne plaats om te moeten verblijven.
Je komt er van alles tegen: kinderen met gebroken armen of benen, omdat ze uit de boom gevallen zijn, tot ernstig zieke kinderen met bijvoorbeeld kanker.
We maken een praatje met de moeders, bidden voor de kinderen en geven ze een klein cadeautje en wat lekkers, soms ook fruit. Het is geweldig om te zien hoe de kinderen erop reageren, veel kinderen zijn blij met onze komst en het is zo mooi om dan een heerlijke glimlach te mogen zien. Ook voor de verzorgers is het even fijn om hun hart te kunnen luchten. Sommige moeders hebben het zwaar, omdat ze hun andere kinderen alleen achter hebben moeten laten.
Ik zie ook veel kinderen met ernstige brandwonden. Veel Swazis koken hun water buiten op een houtvuurtje en vaak gebeuren hier ongelukken met kleine kinderen, die kokend heet water over zich heen krijgen. Verder zie je kinderen met diarree, uitdroging, longontsteking, ondervoeding en astmatische klachten.
Maar laat ik er even een paar kinderen uitlichten. De meeste kinderen zijn binnen een week weer uit het ziekenhuis, maar met sommige kinderen kun je een band opbouwen, omdat ze maanden in het ziekenhuis moeten verblijven.
Zo was er een meisje van 9 jaar, die al bijna 3 maanden lag te wachten op een hartoperatie in Zuid-Afrika. Ze was er met haar oma, die de meeste tijd lag te slapen op de grond. Zodra ze me zag, begon ze te stralen, ze had een zuurstofmasker op om haar hart te ontzien. Gelukkig was ze er deze week niet meer, toen ik haar bezocht.
Of Alike, een jongen van 9, hij werd aangereden door een auto, op weg naar school, raakte in coma en kon niet praten toen hij uit coma kwam. Hij was volgens zijn moeder een totaal ander mannetje. Zijn moeder bad veel voor hem en je zag hem iedere week een stukje beter worden. Zijn spraak kwam terug, in zijn been zaten allemaal pinnen, maar hij en zijn moeder waren steeds vol goede hoop dat ze naar huis mochten. Hij herinnerde zich niet meer wat er gebeurd was, hij dacht zelf dat hij uit een boom gevallen was. Blij dat hij inderdaad ontslagen was uit het ziekenhuis.
Of een meisje, jaar of 10. Kreeg een blindedarmonsteking, maar in een ander ziekenhuis werd niet de juiste behandeling gegeven en ze werd erg ziek. Ze kwam na een maand in Mbabane terecht, in coma. Na een week was ze uit coma, maar ze had nog zo’n pijn. Haar moeder was ook duidelijk aan het einde van haar latijn, maar voelde zich zo gesterkt door onze aanwezigheid. Nog een week later, zag ik verandering in haar gezicht. Ze had nog steeds veel pijn aan de wond, maar haar ogen stonden minder angstig en ze wist zelfs te glimlachen en at gelukkig ook weer, nadat ze wekenlang alleen maar afgevallen was, kwam ze nu weer wat aan.
Zo zijn er veel kinderen, die op mijn netvlies blijven hangen. Het is een voorrecht om ze te mogen bezoeken en om ze voor Gods troon te mogen brengen. We bidden altijd voor genezing, soms zie je een kind bijzonder snel opknappen en soms gebeurt dat niet, maar dat is niet aan ons. God vraagt me voor ze te bidden en dat doe ik met veel plezier. Dankbaar voor deze mogelijkheid en voor wat God door ons heen doet.
Wilt u ook op afstand blijven bidden voor deze kinderen?